Categorieën
Nederlands Verenigde Staten

Het heuvelachtige platte land

Na korte bezoeken aan Bristol en Knoxville ga ik komende week richting Nashville vertrekken. Omdat mijn visum op 1 juni verloopt, moet ik keuzes maken in de staten die ik wil zien. Waarschijnlijk ga ik een auto huren in Nashville en ga ik naar het Noord-Westen, om vanuit daar richting het zuiden te fietsen.


Na korte bezoeken aan Bristol en Knoxville ga ik komende week richting Nashville vertrekken. Omdat mijn visum op 1 juni verloopt, moet ik keuzes maken in de staten die ik wil zien. Waarschijnlijk ga ik een auto huren in Nashville en ga ik naar het Noord-Westen, om vanuit daar richting het zuiden te fietsen. ‘Na een lange nachtrust en stevig ontbijt was ik fysiek en mentaal helemaal klaar voor de Blueridge Parkway. Bill fietste het eerste half uur met me mee, vervolgens moest ik nog een half uur klimmen om bij het begin te komen. Bill gaf aan dat de weg ernaartoe zwaarder is dan de parkway zelf. Ik was op het ergste voorbereid, zodat het altijd meevalt. Uiteraard nam ik een fotootje van het bord voordat ik aan de klim begon.En toen was het klimmen! En dat ging me behoorlijk goed af. Ik heb op steilere heuvels gefietst, het grote verschil is dat deze minder steile klimmetjes tientallen kilometers duren. Ik had het gevoel alsof ik voor altijd door kon gaan, het uitzicht was waanzinnig. Elke paar mijl was er een uitkijkpunt en het uitzicht was te mooi om er geen foto’s van te maken.

Tijdens het klimmen zag ik op 150 meter een zwarte beer oversteken, hij bleef even staan, keek in mijn richting en rende toen naar de andere kant van de weg. Ik had graag een stoer verhaal vertelt over een gevecht met een beer en een overnachting in het karkas van een paard, maar dat laat ik aan meneer DiCaprio over. Deze beer stak gewoon over. Om 2 uur ’s middags was ik al bij het punt aangekomen waar ik eraf moest om naar de camping te gaan. Ik had geen zin om al te stoppen, het weer was erg gunstig, en ik wist dat het morgen minder zou worden, dus ik besloot gewoon door te gaan. Uiteindelijk heb ik vandaag door de bergen heel onlogisch mijn grootste afstand tot nu toe afgelegd, het laatste stuk was heerlijk naar beneden. Even voor zessen kwam ik bij de camping aan. De allereerste camping waar ik verblijf (en niet wordt weggestuurd)! Na een warme douche kroop ik in mijn slaapzak en viel ik eigenlijk meteen in slaap. Ik wist dat het de volgende dag minder weer zou worden, maar het was veel slechter dan ze van te voren hadden voorspeld. Mijn tent was ondergesneeuwd en er lag een centimeter of 5. De parkway was gesloten….

Waarschijnlijk zou de parkway rond het middaguur weer open zijn, maar dan zou ik nooit mijn volgende bestemming halen, Roanoke. Ik had geen zin om te wachten en besloot om de bergen heen te fietsen. Achteraf gezien de juiste keuze, want ik kon vanuit de vallei de bovenkant van de bergen niet zien. Ik zou met dus 3 uur de pokken moeten klimmen om vervolgens in de wolken te fietsen, ik vraag me af of ik dat de moeite zou hebben gevonden. Ik had al contact opgenomen met Will en Lyndsey via Warmshowers, en ik had aangegeven dat ik er waarschijnlijk dinsdag zou zijn. Omdat ik zoveel verder was gefietst dan voorspeld was ik een dag eerder. Dat was geen probleem, ze konden me nog steeds ontvangen. Ik heb dus uiteindelijk maar één dag in de bergen gefietst, terwijl ik rekening hield met drie. Ze zouden ’s avonds naar een restaurant gaan om met hun vaste club triviant te spelen, dat doen ze elke maandag. Nadat ik ze had ontmoet gingen we vrijwel meteen door naar het restaurant. Ik dacht dus dat ze triviant speelden met hun ‘eigen’ clubje, maar het hele restaurant bleek dus mee te spelen. Het ging er behoorlijk fanatiek aan toe. De antwoorden op de vragen werden naar elkaar gefluisterd zodat de tafel naast ze niet kon meeluisteren, het werd zelfs op papier geschreven zodat het überhaupt niet uitgesproken hoefde te worden. Dit hadden ze vaker gedaan, dat was wel duidelijk. Op de categorie muziek na kon ik niks bijdragen. Wel een erg gezellige avond gehad. ‘We’ zijn uiteindelijk tweede geworden, en ze waren bijna teleurgesteld omdat ze niet hadden gewonnen.

Will (links van me), Lyndsey (tegenover me) en vrienden

Ik vertrok de volgende dag veel later dan ik eigenlijk wilde. Lyndsey en Will waren allang naar hun werk. Ze hadden met hun reservesleutel gegeven en ik kon gaan wanneer ik wilde en ik moest de sleutel gewoon door de brievenbus gooien. Gisteren kende ik ze nog niet, maar vandaag vertrouwen ze me met de sleutel van hun huis. Ik heb nog best wat kilometers gemaakt, het was koel en zonnig, ideaal fietsweer. Aan het einde van de middag zag ik een kerkje bovenop een heuvel. Ik was klaar met het fietsen op de drukke weg, dus ik besloot een kijkje te nemen en een pauze te nemen. Het uitzicht was prachtig. Het was 1 minuut klimmen van de snelweg maar je had totaal niet het idee dat het naast een snelweg zat. Opeens kwam de een na de andere auto aangereden, er bleek een vergadering te zijn. Ik raakte aan de praat met een vrouw en vroeg of ik op het grasveldje mocht staan naast de kerk. Ze ging het overleggen. Vijf minuten later kwam ze terug en gaf ze aan dat het geen probleem was. Dit was het uitzicht dat ik had:

De volgende dag was mijn eerste dag dat ik er niet zoveel zin in had. Ik reed richting het Zuidwesten, richting Knoxville, en ik was gebonden aan een weg die parallel met zeer drukke interstate snelweg loopt. Verder had ik pure tegenwind. Ik realiseerde me dat ik er maar beter aan kan wennen, want ik zal dagen krijgen waar het erger zal zijn. Ik merk dat de omgeving echt begint te veranderen, het begint meer het platte land te worden met boerderijen en rednecks. Ook zie ik relatief veel controversiële vlaggen van de voormalige Geconfedereerde staten van Amerika, wat door veel mensen als racistisch gezien wordt. Veel mensen hebben met als tip gegeven om op te passen met wildkamperen, omdat het vooral in het zuiden niet op prijs gesteld wordt als je ongevraagd op hun grond gaat kamperen. Ik vroeg aan een paar mensen of ik mijn tentje in hun gigantische tuin mocht staan. Veel mensen weigerden. Ze leken heel voorzichtig/bang te zijn voor vreemden. Het was zelfs zo erg dat ze de deur op slot deed terwijl ze mijn fles met water vulde. Uiteindelijk wist ik gelukkig iemand te vinden die het geen probleem vond, ik kreeg zelfs heel luxe het wifi wachtwoord zodat ik mooi wat dingen kon bijwerken vanuit mijn tent. Vanuit mijn tent heb ik contact gelegd met een adres in Bristol, bij Anne en Ben. Nog voordat ik sliep hadden ze al een berichtje teruggestuurd dat ik meer dan welkom was. Daar was ik erg blij mee en gaf me tevens een doel om morgen wederom een kleine 100 kilometer in de tegenwind te fietsen. De wind was nog krachtiger dan gisteren, maar ondanks dat was ik in no time in Bristol.

Het ‘platte’ land

Het centrum van Bristol zag er erg gezellig en ouderwets uit. Nadat ik Ben en Anne had ontmoet vertelde Ben enthousiast over de stad. Het blijkt een rijke geschiedenis in de muziek te hebben waar ik niks vanaf wist. Iedereen kent Nashville om de countrymuziek, maar de échte geboorteplaats ligt hier, in Bristol. Ben en Anne hebben als donateurs een hele zwik kaarten voor het museum dat hierover gaat, en gaven een kaartje aan mij. De volgende heeft Ben me naar het centrum gebracht en heb ik het museum bezocht. De stad was veel drukker dan normaal, omdat er dit weekend een NASCAR race in Bristol wordt gehouden. Het museum was gelukkig uitgestorven, waarschijnlijk ook omdat het 27 graden was. Gek hoe snel het weer kan omslaan van winter naar zomer. Later op de middag heb ik een boswandelingetje gemaakt met Anne en Ben. Op deze zomerse dag hebben we heerlijk buiten gegeten. Er zit een wilde uil in de tuin, en Ben voert ‘m af en toe een muis. Ik wist er een mooi plaatje van te schieten.

Virginia links van de streep, Tennessee rechts van de streep
Anne en Ben
Ben vs. Uil

Op zaterdag vertrok ik uit Bristol richting Knoxville, waar ik uiteindelijk twee dagen over zou doen. Ik heb mijn afstandsrecord weer verbroken (144 kilometer) en had op de tweede regenachtige dag dus een makkie. Sterker nog, voor de regen echt los ging was ik al lang en breed in Knoxville. Knoxville is zoveel kleiner dan ik van tevoren dacht. Net als Bristol heeft het echt een ouderwetse knusse uitstraling. In één middag had ik het wel zo’n beetje gezien.

Categorieën
Nederlands Verenigde Staten

Het laatste stukje oostkust

De echte winter is eindelijk achter de rug. Na een bezoek aan Philadelphia en Washington D.C. verlaat ik de oostkust en ga ik richting het Zuidwesten met het eerste serieuze klimwerk voor de boeg: De Blueridge Parkway. Het zal vast peanuts zijn vergeleken de bergen die me in Zuid-Amerika nog te wachten staan, maar een berg is een berg.


De Airbnb locatie in Philadelphia was prima, ik kon vanuit het huis gemakkelijk naar de stad lopen. Ik had geen idee wat Philadelphia te bieden had, ik kende het eerlijk gezegd alleen van naam. Ik was verrast over de belangrijke rol die Philadelphia in de Amerikaanse geschiedenis heeft gespeeld, het is zelfs even de hoofdstad geweest, nadat hier de onafhankelijkheidsverklaring en de grondwet zijn getekend. ’s Middags ben ik naar een soort tentoonstelling geweest over de geschiedenis van het Amerikaanse geld en over het huidige banksysteem van de VS. Best wel interessant! De rondleiding door de independence hall was al uitverkocht, daar moest ik morgen voor terugkomen. Wel heb ik de wereldberoemde liberty bell gezien, waarvan ze niet eens weten of ie daadwerkelijk belde toen de onafhankelijkheid werd verklaard….

Nou, dit is ‘m dan, de liberty bell.

De volgende dag was mijn enige volle dag om in Philly te spenderen, en die heb ik goed besteed ook. Ik liep in een half uurtje naar het centrum van de stad. Overal waren weer van die sightseeing bussen, maar daar had ik deze keer even geen zin in. Ik heb meteen mijn kaartje bemachtigd om de Independence hall te zien, ik moest er alleen wel anderhalf uur op wachten. Die tijd heb ik gebruikt om naar de eerste bank van Amerika te gaan en ik heb ook de beroemde Carpenters house bezocht. De rondleiding door de Independence hall was zeer boeiend, best een gek idee dat hier de beslissing is genomen om als kolonisten onder elkaar verder te gaan, onafhankelijk van het Verenigd Koninkrijk. Na de rondleiding ben ik naar het Benjamin Franklin museum geweest, heb ik het gigantische stadhuis bezocht en (uiteraard) heb ik de bekende trap beklommen waar Silvester Stallone tijdens Rocky op rende.

Independence Hall


Ik zag dat het NBA team van Philadelphia (de 76ers) tegen de New-York knicks speelde. Op de valreep kocht ik een kaartje die ik met veel pijn en moeite uitprintte in een gigantische bibliotheek. Ik heb persoonlijk niks met basketbal, maar ik vond het gaaf om een keer een NBA wedstrijd te hebben bezocht. Het was heerlijk Amerikaans. Het volkslied vooraf, elke niet speelseconde werd gebruikt om reclame te maken en er was veel over de top entertainment. Het halve stadion ging helemaal los tijdens de dance-cam momenten, hét moment om debiel te dansen en jezelf terug te zien op het scherm. Elke millimeter van de gang rondom het stadion was gevuld met vreettentjes, maar toch liepen er allemaal mensen in het stadion om je op je stoeltje te bedienen met suikerspinnen, bud light bier, cola of popcorn. Ik keek mijn ogen uit!

Het Wells Fargo Center, het stadion van de 76ers


De volgende morgen begon ik aan de eerste van de drie fietsdagen die me naar Washington D.C. brachten. Ik merkte op dat de buitenwijken in schril contrast staan met het historische centrum. Het zag er vrij verloederd uit. Aan het einde van de dag vond ik een prachtplek gevonden langs de kant van de weg. De weg was rustig, er kwam alleen af- en toe een paard en wagen (!) langs. Later hoorde ik dat dit de Amish waren. Er leven hier (Pennsylvania) relatief veel Amish, een bevolking die leeft zoals een paar honderd jaar geleden. Geen smartphone, geen computer, geen tv, geen auto, helemaal niks van alle technologische ontwikkelingen. Ik heb het helaas niet vast gelegd met m’n camera, maar tegelijkertijd is dat misschien ook gepaster.

Uitzicht op de rustige weg


De volgende dag koos ik er bewust voor Baltimore over te slaan, omdat ik van alle kanten hoor dat het een shithole is. Mijn route naar Washington ging wel een soort van door het centrum van de stad, en het werd me snel duidelijk dat ik de juiste keuze had gemaakt. Tijdens de 2 minuten waarin ik wat energiedrank kocht bij het tankstation werd ik benaderd door een lugubere gast die vroeg of ik wat cocaïne wilde kopen. Ik bedankte vriendelijk en fietste snel weer verder. Mijn perfect uitgestippelde plan was om route 29 te pakken, die zou me rechtstreeks naar het centrum van Washington brengen. Vrolijk maakte ik een foto van het bord. Camera weer in de tas en gaan! Dus niet! Fietsen bleken verdomme niet toegestaan. Dat werd dus helaas een lekkere omweg. De oorspronkelijke 75 werden er 110, maar ik haalde het net voor ’t donker. Ik ontmoette Robert, Claire en Elise. Hier zou ik twee nachtjes slapen en vervolgens een nacht bij een airbnb adres.

Claire, Elise en Robert

Op eerste paasdag ben ik naar het Centrum gelopen. Ondanks (of dankzij) Pasen was het best druk op en rond ‘The National Mall’, het gebied waarom alle bekende gebouwen staan; het witte huis, het Capitool, musea en alle herdenkingsmonumenten. Ik had een perfecte timing om de stad te bezoeken, want het was midden in het National Cherry Blossom Festival, een groot jaarlijks evenement om te goede band tussen de VS en Japan te vieren. Hieraan kun je goed zien dat het lente wordt. Net als in New-York was ik verrast over de grootte van alles. Ik besloot een driedaagse fietspas te nemen, ik had namelijk nog niet genoeg gefietst. Omdat de herdenkingsmonumenten 24 uur per dag geopend zijn, besloot ik ’s avonds langs alle monumenten te fietsen. Zeer indrukwekkende monumenten.

Iedereen moet natuurlijk even op de foto met die blossembomen

Het George Washington monument met op de achtergrond het Capitool
Op mijn tweede dag heb ik allereerst mijn spullen naar een airbnb adres verkast. Het was een soort hostel met stapelbedden, helemaal prima. Ik had vandaag de mogelijkheid om Donald Trump te bewonderen bij het Witte Huis, omdat vandaag de White House Easter Roll werd gehouden. Ik koos ervoor niet te gaan en uit te slapen, zo graag hoef ik hem ook weer niet te zien. Ik heb verschillende musea, het Capitool, een galerij en een botanische tuin gezien. Met mijn luchtvaartachtergrond was het natuurlijk onvermeidelijk om ook naar het lucht- en ruimtevaarmuseum te gaan. Hier staat het originele vliegtuig waarmee de gebroeders Wright de allereerste vlucht maakte. Slechts een eeuw geleden! ’s Avonds heb ik in een Michiganbar de finale van het March Madness toernooi gekeken, Michigan verloor helaas kansloos en in de tweede helft was het akelig stil in de kroeg.

Het eerste vliegtuig (dat vloog)

En toen hield mijn fietsplan op. Ik wist dat ik naar Boston, New-York, Philadelphia en Washington D.C. zou gaan, maar daar hield mijn plan op. Zuid-Argentinië is nog steeds de stip op de horizon waarvoor ik elke dag fiets, maar de route erheen is open vanaf nu. ’s Morgens besliste ik in een uurtje over mijn plan voor de komende anderhalve week. Ik besloot richting het begin van de Blueridge Parkway te fietsen, een prachtige maar pittige route om te fietsen. Als ik ooit over het Andesgebergte ga fietsen, moet ik ergens een beetje klimervaring opdoen. Het heeft me drie prachtige fietsdagen, met even mooie kampeerplekken, gekost om bij dat begin te komen. Hieronder een paar foto’s om je een indruk te geven van de omgeving waar ik doorheen fietste.

Ik sta nu aan de start van de Blueridge Parkway. Er staat me met -6 en sneeuw nog een laatste shot vrieskou te wachten, maar dat overleef ik wel. Misschien wacht ik een extra dag voor ik aan deze route begin, want ik vermijd liever steile besneeuwde wegen.

Categorieën
Nederlands Verenigde Staten

New York

Bij mijn vorige blogpost is de e-mail niet verstuurd, dus het kan zijn dat je mijn vorige verhaal gemist heb. Klik hier om dat alsnog te lezen!


Na twee uur treinreizen van Poughkeepsie naar New York arriveerde ik op Grand Central Station en was ik meteen in het hart van het centrum. Het was bijzonder om daar Stacey ineens te ontmoeten, ze was in New York om te werken voor een VN conferentie. Stacey verbleef in een luxe hotel naast/in Grand Central en ik kon mijn fiets daar tijdelijk parkeren omdat ik pas ’s avonds bij mijn accommodatie terechtkon. Net als in Boston dacht ik ’s middags even door de hele stad te wandelen. Onbegonnen werk, New York is veel en veel te groot. Wát een gigantische stad. Het zijn oneindige avenues met flats en wolkenkrabbers, erg indrukwekkend. Ik ben aan het eind van de middag door Central Park naar Times Square gelopen. Het voelde surrealistisch om daar te lopen. Nadat Stacey klaar was met werken spraken we af op Times square, waar we op een A-locatie een drankje hebben gedaan. Het bleek achteraf jammer genoeg het enige moment waarop we elkaar hebben gesproken. De volgende dagen moest ze de hele dag werken en ’s avonds is het er niet meer van gekomen. Rond middernacht fietste ik van Grand Central naar mijn accommodatie in hartje China Town, in het zuiden van Manhattan. Hier ontmoette ik Eric ontmoette. Eric komt uit Michigan, heeft gestudeerd in New-Hampshire en woont en werkt nu een aantal jaar in New York als business consultant.

Uitzicht over de Hudson tijdens de treinreis naar NewYork
Hereniging met Stacey
Central Park met de restanten van de sneeuwstorm
Times Square

De eerste volle dag in New York heb ik echt de toerist uitgehangen. ’s Morgens heb ik mijn hop-on-hop-off busticket voor 48 uur gehaald en ik heb vervolgens de halve dag in zo’n rode bus gezeten en geluisterd naar de historie van verschillende gebouwen. De bussen brengen je door bijna alle delen van de stad en er is genoeg te zien. Ik denk dat ik een overload aan informatie heb gekregen, want tijdens de laatste toer viel ik schaamteloos in slaap. Verder heb ik Wallstreet en een aantal Nationale musea bezichtigd.

Op deze foto kun je goed zien dat mijn reis nog maar net is begonnen

9/11 Memorial

Na een apart Chinees ontbijt in een lokaal tentje met Eric ben ik naar de volgende bustoer gegaan: De Brooklyn toer. Wachtend op de vertrekkende bus ontmoette ik Emi, een Indonesische vrouw die voor een paar dagen in New York was, om vervolgens door te reizen naar de Niagarawatervallen en Californië. We raakten aan de praat en hebben na de toer geluncht en we hebben samen de gedenkplek van 9/11 bezocht, erg indrukwekkend. Emi was irritant verslaafd aan social media en wilde zichzelf met alles op de foto zetten om het vervolgens te delen op facebook. Ik bedankte voor een selfie met de 9/11 gedenkplek en zei dat ik het niet erg gepast vond om mezelf daarmee op de foto te zetten. Ze leek me niet te horen en ging vrolijk door met haar selfie-sessie. Aan het einde van de middag gingen we naar de top van het One World Trade Center (de vervanger van de twin towers). We hadden een perfecte dag en tijd uitgekozen, en we konden New York langzaam donker zien worden. Vanuit dit helikopterperspectief kun je goed zien hoe massaal NY wel niet is.

Uitzicht over Manhattan, de Brooklyn Bridge en Brooklyn,
Uitzicht richting de ondergaande zon, over New Jersey

Na dit indrukwekkende uitzicht zijn we, samen met Eric, naar een lokale kroeg gegaan waar heel fanatiek voor de basketbalploeg uit Michigan werd gejuicht. Er is op dit moment een toernooi gaande met teams van hogescholen, March Madness heet het. Eric vertelde me dat het ontzettend populair is in Amerika en dat er velen miljoenen mensen naar kijken.

Emi en ik hebben ‘s morgens afgesproken om richting het Vrijheidsbeeld te gaan, daar hadden we gisteren tickets voor gekocht. Omdat Emi ze eerder had gekocht dan ik, had zij ook toegang tot de sokkel van het Vrijheidsbeeld, inclusief een klein museum. Ik was daar te laat voor, maar wist me gelukkig naar binnen te bluffen. Per dag mogen er maar een paar honderd mensen van de sokkel daadwerkelijk het Vrijheidsbeeld beklimmen, dat moet je maanden van tevoren reserveren. Het is nu al uitverkocht tot begin augustus. Nadat we Lady Liberty van dichtbij hadden bewonderd ging de veerboot door richting Ellis Island, de plaats waar vroeger miljoenen immigranten het land binnenkwamen. In een register had ik opgezocht of ik toevallig verre familie had die ooit hun geluk hadden beproefd in Amerika. Geen hits…, saai! Nadat we weer op ‘het vaste land’ waren aangekomen nam ik afscheid van Emi. Ik wilde een paar dagen vooruit gaan plannen, want ik zou de volgende dag gaan vertrekken en ik had nog geen plan. De laatste avond ging ik uit eten met Eric en twee vriendinnen van hem. Ik begin het eten met stokjes onder de knie te krijgen, ironisch om dat in New York te leren.

Emi tijdens een van haar welbekende selfie-sessies

De volgende morgen bedankte ik Eric voor de geweldige tijd in New-York. Ik vertelde hem dat ik voor mijn gevoel, naast de toeristische attracties, echt een goed beeld heb gekregen van hoe het is om in NYC te leven, in ieder geval in China Town. Hij vertrok rond 7 uur, ik niet veel later. Mijn plan was om de veerboot naar Belford te nemen om zo op een comfortabele manier de drukte te ontlopen. De informatieborden bij de kade klopten van geen kant en ik nam de verkeerde boot. Ik kon nog maar net de laatste ochtend-veerboot pakken richting Belford. Ik werd hartelijk ontvangen in de verkeerde veerboot door Kevin en Illario. Een geluk bij een ongeluk: Kevin kon me daardoor (met uitrusting) op de foto zetten met de New-Yorkse wolkenkrabbers op de achtergrond, een prachtherinnering!

Op de juiste veerboot helaas wel een van mijn wanten verloren, maar laten we ervan uitgaan dat ik die niet meer nodig zal hebben. Ik had een flinke wind mee en had achteraf makkelijk in één dag naar Philadelphia kunnen fietsen, ik heb uiteindelijk mijn tent opgezet in het laatste natuurpark voor de echte drukte weer begon (Rancocas State Park). De volgende dag ben ik naar Philadelphia gefietst. Daar verblijf ik de komende twee nachten bij een comfortabel airbnb adres.

Categorieën
Uncategorized

We got another nor’easter coming

Sorry voor de vertraging, ik heb een paar lange, vrij koude, dagen achter de rug met weinig tot geen internet. Inmiddels ben ik Boston allang voorbij en ben ik zelfs bijna in New-York, maar hierbij alsnog mijn belevenissen van afgelopen week. Het duurt trouwens eeuwen voordat sommige afbeeldingen laden. Hoop dat het probleem zich vanzelf oplost.


Douglas heeft me in de ochtend een korte sightseeing tour gegeven door Portland en heeft me de mooiste plekken laten zien. Portland is de grootste stad van Maine en de grootste stad waar ik tot nu toe geweest ben. Het is de eerste stad waarvan ik het idee heb dat het bruist ondanks dat het winter is. In een fietsenwinkel heb ik een nieuwe binnenband en wat goede plakspullen gekocht, omdat ik weer een lekke band had (wederom vlak voor ik bij mijn eindbestemming was). Nadat ik m’n band had gefixt was het tijd om afscheid te nemen.

Toen ik 70 kilometer onderweg was had ik verdomme wéér een lekke band. Ik had geen zin om ‘m naast de drukke weg te plakken, dus ik besloot het zogenaamde rachel carson national wildlife refuge in te gaan. Hier heb ik voor de vierde keer in een week tijd mijn band geplakt. Ik ontmoette Janssen, een vrouw van 37 die een wandelingetje wilde maken in het park. Ze gaf me twee bevroren vegetarische burgers zodat ik die vanavond kon klaarmaken. Super tof! Toen ik naar het openbare toilet, oftewel een houten hok, ging, viel me op hoe groot en schoon de ruimte wel niet was. Ik besloot er te overnachten. Dat bespaard me weer de tijd om mijn tent op te zetten en af te breken. Ik voelde me als een crimineel, omdat het park dichtgaat als het donker is. Gelukkig was het er zo uitgestorven dat ik niemand ben tegengekomen, je moet ook wel gek zijn. Je moest door een dikke laag sneeuw gaan om het hok überhaupt te bereiken. Met twee vegaburgers en wat energybars was mijn maag weer gevuld en had ik een redelijk warme nacht.

De vakantiebestemming van de familie Bush
Technische problemen, met op de achtergrond een prachtig openbaar toilet. Daar kan het vakantieoptrekje van de familie Bush nog een puntje aan zuigen

Met goede moed (en een nieuwe binnenband) begon ik vandaag richting Salisbury te fietsen, waar ik een nachtje bij Matthew zal slapen. Een klein uurtje later had ik lekke band nummer 5 te pakken. De beschadigingen op de binnenband volgen het zelfde patroon als de spijkers, het ligt dus sowieso aan de buitenband. Ik besloot zowel mijn binnen- als buitenband te vervangen. Het weer en het uitzicht waren weer eens geweldig, dus ik heb wel een paar mooie foto’s kunnen schieten. Ik was op zoek naar een winkel waar ze ansichtkaarten van Maine verkochten toen ik besefte dat ik niet meer in Maine was. Binnen 30 kilometer ben ik via New Hampshire in de staat Massachusetts terechtgekomen.

Op de valreep nog even de vlag van Maine én de VS op de foto

Al was het maar van korte duur, de boulevards van New Hampshire zijn de moeite waard

Aan het einde van de middag ontmoette ik, in Salisbury, Matthew. Matthew leeft vlak bij het strand, in een klein maar fijn appartement. Hij introduceerde me aan zijn vriendin Monica en haar zoontje Ian, zij wonen beiden in een appartement een verdieping lager. We gingen met z’n vieren uit eten. Toen we weer terugkwamen in het appartementencomplex begon er een sneeuwstorm die nog zwaarder was dan die van een paar dagen geleden. ‘We got another nor’easter coming’, werd me al verteld. Gedurende de nacht en de volgende dag waaide het gigantisch en heeft het zo’n halve meter gesneeuwd. Onmogelijk om in te fietsen. Ik mocht zo lang blijven als ik wilde, zij Matthew. We hadden een noodgedwongen luie dag. Ian werd gebeld door school dat hij sneeuwvrij had. Dat betekent helaas wel een dag minder zomervakantie. Vandaag was een soort zondag, of zo’n soort dag als wanneer je ziek bent en geen reet uitvoert. Toch hebben we ons wel vermaakt met wat spelletjes. ’s Middags hebben we zelfs de sneeuwstorm getrotseerd en daar kon je goed zien hoe dik het pak sneeuw op sommige plaatsen was.

Gestrand in de sneeuw, met Ian

We konden het goed met elkaar vinden en er lag nog behoorlijk veel sneeuw, dus ik besloot (uiteraard in overleg) nog een dag langer te blijven. Ik heb hier mijn accommodatie voor Boston geregeld en ’s middags hebben we weer een wandeling met de honden gemaakt. Ik weet niet hoe Matt en Monica het voor elkaar krijgen, maar binnen de drie dagen dat ik daar was voelde het helemaal als een soort thuis aan. Ik vond het jammer om afscheid te moeten nemen, maar het speelkwartier was voor Matt ook voorbij, hij begon aan een lange werkweek.

Matt, Ian, honden Pepper en Vader en ik
Monica en Ian

De fietstocht van Salisbury naar Boston was niet heel comfortabel omdat ik duizend keer voor stoplichten moest wachten. De 75 kilometer bestonden uit aaneengeregen dorpen/stadjes en het werd steeds drukker. Salisbury, de plaats waar ik de afgelopen dagen sliep, wordt beschouwd als Noord-Boston, alsof Schagen als Noord-Amsterdam wordt gezien, gigantisch! Ik slaap de komende nachten in Cambridge, wat ten westen van het centrum van Boston ligt. Bij mijn logeeradres ontmoette Grace, ze was sinds vandaag vrij van school voor de spring break. Er is hier twee dagen geleden een halve meter sneeuw gevallen, maar ze houden hier lentevakantie… We gingen samen richting Harvard, het bekende universiteitscomplex. Geinig om geweest te zijn, maar (in mijn optiek) niet meer dan dat. Een verzameling van mooie gebouwen van baksteen. Ik denk dat vooral dat de uitput van de universiteit bijzonder is.

Een klaslokaal in Harvard is ook maar gewoon een klaslokaal
Grace en ik

De volgende dag verkaste ik in de ochtend naar Scott, wederom iemand van de warmshower community. Het concept van warmshowers spreekt mij veel meer aan dan airbnb, omdat je meer deelt met elkaar. Ik trakteerde Scott op een lunch. Tijdens de lunch vertelde hij over zijn fietsvakantie door de VS. Grappig om te horen hoe hij sommige dingen beleeft. In de middag heb ik het MIT museum bezocht, de Boston tea party boten en heb ik de hele middag willekeurig door de stad gelopen.

De skyline van Boston

Op zaterdag, op St. Patrick’s day, ben ik op tijd richting het centrum van Boston gegaan. Overal in de stad liepen mensen met groene kleding ter ere van deze dag. Met mijn rode haar voelde ik me Iers genoeg om daar niet aan mee te doen. Op aanraden van Michel had ik een ticket geboekt voor de Freedom Trail. Je kon ‘m zelf lopen, maar dan mis je veel achtergrondinformatie van de gids die je een en ander uitlegt. Geheel in stijl vertelde de gids enthousiast over de geschiedenis van de stad met veel informatie over de Amerikaanse revolutie. Erg interessant! Na afloop sprak ik af met Scott. We zouden eigenlijk naar de USS Constitution gaan, maar uiteindelijk zijn we naar het Bunker Hill Monument geweest en hebben we alle 300 traptreden beklommen voor een mooi uitzicht over de stad.

Nogmaals de skyline, maar nu als onderdeel van de skyline

Candy en Scott, met op de achtergrond Scott’s fietsroute door de VS

Het wordt de komende dagen erg koud, met mogelijk weer een nor’easter. Ik hoop de 22ste in New York aan te komen. Waarschijnlijk ga ik het laatste stuk valsspelen met de trein, omdat het fietsend niet relaxed is. Vergeef het me!

Categorieën
Uncategorized

Let’s make America great again

Gary en Helen hadden allebei afspraken op zondag, dus we namen al vroeg afscheid en niet veel later vertrok ik bepakt en bezakt richting de Amerikaanse grens. Welgeteld anderhalve minuut fietsen. Zo’n vijftig meter voor de grensovergang realiseerde ik me ineens dat ik m’n helm was vergeten, gelukkig kon ik nog terug. Toen ik voor de tweede keer kwam aanfietsen zette ik mijn fiets tegen het gebouw van de CBP en ging ik naar binnen. Een norse man begroette me en ik overhandigde hem al mijn papieren. Hij stelde me gigantisch veel vragen en hoorde me helemaal uit, daar was ik al vanuit gegaan. Ik liet hem mijn routeboekjes zijn, mijn vaccinatiepaspoort en vertelde dat er meerdere personen zijn die mijn verhaal kunnen verifiëren. Vanuit mijn ooghoeken ving ik op dat zijn collega’s een soort gebaar maakte naar de man om me door te laten, zij waren wel overtuigd, maar hij leek niet onder de indruk. Hij stelde me quasinonchalant de vraag hoe ik mezelf financieel onderhield tijdens de trip. Ik kon niet aantonen hoeveel spaargeld ik had, omdat er geen WiFi in het gebouw aanwezig was. Ze zijn natuurlijk veel te paranoïde voor hacks. Ik had er niet aan gedacht om een printje mee te nemen. Verder vond hij mijn route maar vaag. Dat is-ie ook, omdat ik gewoon nog niet precies weet hoe ik ga fietsen en waar ik ga overnachten. Ik mocht er niet in. Ik moest een concretere route overhandigen en moest kunnen aantonen dat ik financieel onafhankelijk was. Vooral dat laatste was belangrijk. Ik maakte rechtsomkeer, terug in Canada! Een uur later fietste ik voor de derde keer richting de grens. Een jonge vrouw gebaarde me naar haar toe te komen, zij oogde veel relaxter dan de man. Ik liet haar wat papieren van mijn bank zien en dat was voldoende. Mijn bagage werd niet gecontroleerd en ik mocht weer gaan! Eindelijk! Dit grapje heeft me wel een halve dag gekost, dus er kwam niet veel meer terecht van fietsen. Dat maakte me niet uit, ik was binnen! Het eerste dat je doet als je Amerika binnenkomt is natuurlijk een dikke vette hamburger eten bij de McDonald’s. Toen ik ging fietsen viel me meteen op dat Maine veel opener is dan de gebieden waar ik tot nu toe geweest ben, New Brunswick en Nova Scotia. Nog steeds heel veel kale bomen, maar het oogt allemaal veel ruimer. Aan het einde van de middag zette ik mijn tent op in het midden van een willekeurig bos.

Dit prachtige bord heb ik drie keer mogen bewonderen
Willekeurig bos

De volgende dag was ik van plan om een korte afstand te fietsen, maar de wind was gewoon te gunstig om daar al te stoppen. Uiteindelijk legde ik een kilometer of 90 af zonder al te veel inspanning, met enkele mooie uitzichten over bosbes velden. Ik kwam terecht in Cherryfield, bij een organische bosbes boerderij. Ik ontmoette boer Mark en boerin Lisa. Omdat het winter is hadden ze het niet zo druk. Ze vertelden me dat er ’s zomers 15 mensen op hun boerderij verblijven. Enthousiast vertelden ze me over bosbessen. Omdat er een overschot is van de ‘normale’ bosbessen, gaan veel kleinschalige boerderijen failliet. Alleen de zeer grote jongens blijven overeind. Zij zijn echter erg succesvol met hun organische bosbessen, maar ze weten dat over een jaar of drie ook die markt overspoeld zal raken. Zo zijn boeren nou eenmaal, zei Mark. Vóór het boerenleven van Mark was hij wetenschapper, hij vertelde me dat hij grote onderzoeksprojecten ontwikkelde en daar met succes subsidies voor verwierf. Hij behaalde bijna zijn doctorsgraad in evolutiebiologie, maar concludeerde toen dat het niks voor hem was om de hele dag achter een scherm te zitten. Hij nam een tussenjaar met Lisa en besloot om bosbesboer te worden, zonder enige kennis van zaken. Zo is het uiteindelijk uitgegroeid tot een succesvolle onderneming. Lisa liet me zien waar ik vannacht kon slapen en ik mocht wraps mee-eten. Tijdens het eten vertelde ze over hun obsessie om gezond te leven. Beiden veganistisch, elke dag om 8 uur naar bed en om 5 uur ’s morgens eruit voor een uur yoga, elke dag hardlopen. Wat een toewijding! Interessante mensen. Ze deden het vooral omdat ze zich er goed door voelden, maar één van de argumenten was ook dat ze één van de velen Amerikanen zijn zonder ziektekostenverzekering. Op deze manier blijven ze gezond. Het is eigenlijk heel goed en triest tegelijkertijd.

Mark en Lisa, oftewel de biologische bosbesboeren

Terwijl Lisa en Mark al minstens drie uur uit de veren waren, kwam ik even na achten ‘eindelijk’ eens mijn bed uit. Hun yoga was al achter de rug en ze waren zich aan het voorbereiden om te gaan hardlopen. Ik moest alleen ontbijten, omdat zij weer iets nieuws aan het proberen zijn. Ze eten alleen tussen 11 en 5. Geen idee waar het goed voor is. We namen afscheid en ik ging weer verder. Ik blijf het een raar idee vinden om al deze interessante mensen voor één dag te leren kennen om ze vervolgens waarschijnlijk nooit meer te zien. Na een kwartier fietsen had ik lekke band nummer twee. Het was zonnig en droog, dus het deed me niet zoveel. Een half uur later zat ik weer op de fiets. Ik wilde in twee dagen naar Belfast fietsen, omdat het woensdag en donderdag behoorlijk gaat sneeuwen. Ik fietste langs meerder Dunkin Donuts en kon de verleiding niet weerstaan om er toch eens naar binnen te gaan om een donut te bestellen. Mijn intentie was echt om één donut te kopen, maar ik verliet de winkel met een doos vol donuts…. Zo jammer… Het paste niet eens in mijn fietsdas, dus ik moest de donuts in een hersluitbare plastic zak proppen. Ik had er nu al spijt van. Aan het einde van de dag vroeg ik of ik mijn tent in de achtertuin mocht opzetten, de vriendelijke bewoners stelden voor dat ik in hun garage kon slapen. Hier kwam ik erachter dat er meer verschillen zijn tussen Canada en Amerika dan alleen het landschap. De garage, groter dan een gemiddeld huis in Nederland, lag vól met kogels. Tienduizenden, zo niet honderdduizenden, kogels. Overal waar je keek, dozen met kogels. Absurd.

Ik hoorde vanmorgen dat de sneeuw pas aan het einde van de middag zal starten, dus ik had heel veel tijd om een kleine afstand te overbruggen. Ik zag dat er een Maritiem museum op mijn route lag, daar zou ik naartoe gaan. Onderweg riep iemand vanuit een tankstation dat ik naar hem toe moest komen. Ik voelde dat het goed volk was, dus ik ging erheen. Het was de eigenaar van het tankstation. Hij had me gisteren zien fietsen en wilde graag mijn verhaal horen, ik kreeg een sandwich en een kop koffie. Hij was erg onder de indruk van mijn plannen en gaf me enkele suggesties wat betreft bezienswaardigheden en mogelijke fietsroutes. Een kwartier later vertrok ik weer! Na 15 minuten kwam ik bij het gesloten museum aan. Op hun website stond notabene dat ze elke dag zijn geopend, behalve tijdens kerst. Toch verbaast het me niks. Maine is een echte vakantiestaat. Ik heb me laten vertellen dat hier veel Amerikanen (waarschijnlijk pensionado’s) een huis in Florida en een huis in Maine hebben. ’s Zomers zijn ze hier, ’s Winters in Florida. Tot frustratie van de ‘gewone burger’, laten ze de verwarming de hele winter aanstaan, zodat de leidingen niet bevriezen. Hoe dan ook, veel ziet er somber en verlaten uit, maar gelukkig heeft de natuur geen sleutelgat.

Voordat het begon te sneeuwen was ik al lang en breed op mijn airbnb adres in Belfast. Hier zou ik de komende twee nachten verblijven. Ik ontmoette Austin en Will. Beiden creatieve en excentrieke personen, om het maar zo te noemen. Er wordt hier zoveel wiet gerookt dat het hier zelfs naar wiet ruikt als er niet gerookt wordt. De geur is gewoon onderdeel van het huis geworden. In de middag heb ik een wandeling door Belfast gemaakt. Het zag er in mijn beleving vrij somber en niet levendig uit, zoals de meesten plaatsen. Nadat het een centimeter of 35 had gesneeuwd, besloot ik het zelfde rondje nog een keer te wandelen, wat een verschil:

In de volgende twee dagen ben ik via Wiscasset naar Portland gefietst. De route bestond vooral uit de saaie route 1 met heel veel auto’s, daar ben ik intussen wel klaar mee. Ik ontmoette Douglas Darby in Portland, een echte wereldfietser. Ray, een vriend van Douglas, kwam ook nog even langs om een biertje te doen. De paar Heineken biertjes hakten er flink in na een lange fietsdag. Het kostte me veel moeite, maar toch heb ik even mijn blog afgemaakt. De komende week ga ik afzakken richting Boston, waar ik waarschijnlijk een paar dagen zal blijven, afhankelijk van het weer en wat er te beleven is.

Categorieën
Uncategorized

Langzaam maar zeker richting Amerika

Langzaam maar zeker richting Amerika

4/3/2018

Nadat ik Charles en Carol bedankte voor hun gastvrijheid en vrijgevigheid, verliet ik Amherst met een tas vol chocola, pinda’s, energierepen en koek (ik mocht niet dunner worden dan ik nu al was). Niet normaal! Ik had een airbnb geregeld in Salisbury. Onderweg kocht ik nog wat van die gevriesdroogde maaltijden waarvoor je alleen wat water hoeft te koken. Na een kilometer of 75 begonnen mijn beide knieën ineens veel pijn te doen, niet veel later moest ik tot twee keer toe noodgedwongen stoppen. Heel slecht teken. 110 kilometer bleek toch iets te enthousiast. De accommodatie was dan weer wel te gek, een soort boomhut. De nieuwe bewoners van de boerderij, Kathryn en Paul, vertelde me dat het eigenlijk een super-de-luxe jagershut was, inclusief verwarming en toilet…. Het enige wat miste was wifi, maar dat had ook wel weer z’n charme.

Wellicht een van de redenen voor mijn kniepijn…
De luxe jagers- en/of boomhut
De nieuwe eignenaren van de boerderij, Kathryn en Paul

Ik voelde er weinig voor om hier te blijven om mijn knieën rust te geven, ik wilde zo snel mogelijk richting Saint John gaan fietsen. De 120 kilometer besloot ik te verspreiden over twee dagen. Met een verlaagd zadel besloot ik het toch maar gewoon te proberen, zonder gebruik te maken van mijn klikpedalen. Met een frustrerende slakkengang heb ik uiteindelijk 60 km afgelegd. Daar vond ik een te gekke wildkampeer plek, vlak bij Apoqui. ’s Nachts hoorde ik, in mijn beleving niet heel ver weg, de coyote’s janken. Best een duister geluid.

Een prachtige plaats om wild te kamperen, vlak bij Apohaqui
The bright side of the moon

Vervolgens fietste ik, wederom in de schildpadden-stand, richting Saint-John. Ik had een airbnb gereserveerd en belandde in een woning van een Chinese jongedame. Ze is in Beijing afgestudeerd als websitebouwer en tot nu toe tevergeefs op zoek naar werk in Saint-John. Ik denk dat de airbnb voor haar een noodzakelijke kleine bron van inkomen is, alhoewel ze aangaf het vooral te doen om nieuwe mensen te leren kennen. Na de gebruikelijke rondleiding in huis is ze haar kamer ingedoken en heb ik haar niet meer gezien…. Misschien wilde ze me gewoon niet leren kennen, dat kan natuurlijk ook.

Ik speel al enige tijd met het idee in mijn hoofd om een mondharmonica te kopen. Het lijkt me vet om daar een expert in te worden terwijl ik onderweg ben. Google Maps liet me de dichtstbijzijnde muziekwinkel zien. Op aanraden van de verkoper kocht ik een van de simpelste modellen. Alles wat ik nodig had als beginneling!

Mijn nieuwe aanwinst! Geen idee waarom ik hier een selfie van heb gemaakt…

Toen ik wilde gaan starten met fietsen begon het flink te sneeuwen, niet heel relaxed aangezien ik langs de snelweg moest fietsen. Het weer maakte me vrij weinig uit, want ik had flinke meewind en op die manier kon ik toch iets van 80 kilometer afleggen zonder veel inspanning. Ik kampeerde weer in ’t wild op een behoorlijk ijzige ondergrond. Met veel pijn en moeite sloeg ik met een baksteen, die op me lag te wachten, de haringen in de grond.

Ik wil hier snelweg
Windje mee!
Prachtige velden waar ze blauwe bessen verbouwen
Kamperen als Bear Grylls

Vanwege de meevaller van gisteren hoefde ik nog maar een 50 kilometer richting Saint Stephen, de grensplaats vóór de VS, waar ik een rustdag zal houden. Mijn knieën gaan de goede kant op. Ondanks dat het slechts 50 kilometer was, voelde het alsof er geen einde aan kwam. Alsof je je mentaal op de afstand instelt. Een paar honderd meter voor het adres waar ik zal verblijven kreeg ik een lekke band, een betere timing kun je je haast niet voorstellen. Ik kon het lek op m’n gemak dichten in de garage en heb gelijk wat andere kleine dingetjes gefixt. Hier heb ik Helen en Gary ontmoet. Helen is thuiszorgmedewerker en Gary is een ZZP’er als timmerman. Ondanks dat het weekend is zijn ze beiden aan het werk. Op mijn rustdag heb ik het hier bekende chocolademuseum bezocht en heb ik Gary geholpen een raampje in de badkamer van hun tweede huis te zetten. Weer wat bijgeleerd! Gary heeft 90% gedaan, maar toch voelde het als een hele prestatie! Gary en Helen hebben me ’s avonds uitgenodigd voor een etentje en op aanraden van Helen heb ik lobster gegeten. Dat moest ik gewoon gegeten hebben voor ik Canada verlaat. Als alles goed gaat passeer ik morgen de grens met de VS en ga ik een nieuw hoofdstuk in!

Beste timing ooit voor een lekke band
Het nieuwe raampje!
Gary en Helen, voor Gary’s persoonlijke held Nick Cave
Categorieën
Uncategorized

Fietsen door Nova Scotia

Zeven fietsdagen en een dikke 500 kilometer verder ben ik aangekomen in Amherst, waar ik een rustdag houd. Ik ben vanaf nu van plan om één keer per week, ergens in ’t weekend, wat nieuws te posten. Twee keer per week lijkt me een beetje teveel van het goeie!

Voordat ik van New Glasgow naar Truro vetrok heb ik even op Google Maps gecheckt hoe ik moest fietsen. Ik kreeg drie opties, ik koos de kortste van een kilometer of 70. Tot nu toe navigeer ik zonder smartphone, omdat het redelijk rechttoe rechtaan was. Ik onthoud de belangrijkste wegen en weet waar ik naar links of rechts moet. Vandaag lag dat net even anders. Ik had 30 kilometer afgelegd toen het asfalt er ineens mee ophield en het bovendien zeer heuvelachtig was. Zal wel een klein stukkie zijn, dacht ik nog. Onverharde wegen hoeven in principe geen probleem te zijn, maar mijn fiets zakte weg in de modderige, net ontdooide, ondergrond. Zelfs heuvelaf kostte heel veel energie, ik was niet vooruit te branden en er kwam verdomme geen einde aan die weg. De delen die niet ontdooid waren, waren bedenkt met een dikke laag ijs die zelfs met spijkerbanden veel te glad waren. Veel harder dan 6 kilometer per uur ging ik niet. Na uren zweten was ik er eindelijk uit. Het uitzicht was wel prachtig, dat dan weer wel. En ik heb geleerd dat ik niet blindelings op Google’s fiets-algoritme kan vertrouwen.

Niet bepaald comfortabele ondergrond
Het uitzicht na uren zweten

De resterende 30 kilometer gingen als een speer. Ik merk dat mijn benen veel sterker zijn geworden sinds dag 1, en helemaal na het onverharde stuk van net. In Truro sliep ik bij Nicole en Darren. Ik ben helaas vergeten een foto te nemen van Nicole en Darren, maar heb wel wat foto’s van de herten die dagelijks in hun achtertuin te zien zijn.

Nicole en ‘haar’ herten in de achtertuin, Truro

Amherst is de volgende metropool die ik aandoe, met maar liefst 10.000 inwoners. Ik ben daar in twee dagen, via Parrsboro, heen gefietst. Ik was wederom echt van plan om in het wild te gaan kamperen, maar de grond was te oneffen. Op de zeldzame vlakke delen stond de ondergrond onder water/ijs of was het te ruig. Er zat dus voor de derde keer niets anders op dan bij iemand aan te kloppen om te vragen of ik in hun tuin mocht staan. Dat was geen probleem. Ik mocht mee naar binnen, kreeg lekkere warme thee en leerde Gary en Emmily kennen. Gary vertelde dat hij als oud NAVO militair in de zwaarst denkbare omstandigheden trainde in Noorwegen. Toch leek hij heel bezorgd en bood aan om binnen te slapen. Het zou vannacht -10 worden en er zijn allemaal Coyote’s in de omgeving, een soort mini-wolven. Ik bedankte vriendelijk voor het aanbod, maar ik heb mijn eten toch maar even binnen gelegd, voor de zekerheid. Ik kreeg kussens en een soort isolatie-materiaal mee. Het is meer glamping dan camping op deze manier 😊. Ondanks de temperatuur lag ik heerlijk warm, klein minpuntje was de naar kerosine stinkende slaapzak….

Emmily en Gary

Het heeft vannacht een klein beetje gesneeuwd, maar in de ochtend begon alles al te dooien. Op tijd heb ik mijn tent weer afgebouwd en vertrok ik richting Amherst, met een ontbijtje bij Tim Horton’s als start.  De omgeving is verschrikkelijk mooi en doet me denken aan de Schotse hooglanden. Ik besef dat ik nog geen enkele dag neerslag heb gehad en de voorspellingen zien er ook gunstig uit. De weergoden zijn ongelofelijk goed voor me geweest. Ondanks de relatief vlakke rit van vandaag merk ik na 7 dagen fietsen dat mijn linkerknie behoorlijk zeer begint te doen. Een rustdag is geen slecht idee. In Nederland had ik al contact opgenomen met Charles, waar ik vannacht kon slapen. Om 3 uur ’s middags arriveerde ik op de plaats van bestemming en ontmoette ik Charles en Carol, een gepensioneerd koppel, zeer vriendelijk en gastvrij!

Hippie huis, onderweg naar Amherst
Carol and Chef Charles

Ik heb van het aanbod gebruik gemaakt om hier een dag rust te nemen, en ga maandag (morgen) weer verder. Komende week zal ik de grens met de Verenigde Staten passeren, ben erg benieuwd hoe dat allemaal verloopt.

Categorieën
Uncategorized

Cycling through Nova Scotia

Seven cycling days and more than 500 kilometers further, I have arrived in Amherst where I will take a day off. From now on, I plan to post someting new once a week, around the weekdn or something. Twice a week is just a little bit too much.

Before I cycled from New Glasgow to Truro, I checked the possible routes on Google Maps. Google gave me three options, I chose the shortest one of about 70 kilometer. I haven’t really used my smartphone yet for navigating, because it’s pretty straightforward so far. I remember the most important roads and know where to go to the right or left. Today was a bit different. I had cycled about 30 kilometers when  the paved way suddenly stopped. I thought it would only be for a short piece of road. Off-road is not necessarily a problem, but my bike sank in the muddy underground that was just thawed. Even cycling downhill costed me a lot of energy, I was cycling at an extremely low pace. The parts that weren’t thawed, were covered with a thick layer of ice that was way too slippery, even with my studs on the bike. It took me hours of sweating to finally get out. The only benefit was the nice view that I had. Oh, and I learend something new: do not blindly trust Google bicycle algorithm.

It may not look like it, but this it not very comfortable to cycle on
Beautiful view after hours of sweating

The remaining 30 kilometers went really smooth, I noticed that my legs are getting stronger and stronger. In Truro, I slept at Nicol and Darren’s place, a really friendly couple. Unfortunately, I forgot to take a picture of them. I did take some pictures of deers in their backyard, though.

Nicole and ‘her’ deers in her backyard

Amherst is the next metropole that I will go to, with more than 10.000 people(!!!). I cycled to Amherst in two days, via Parrsboro. Again, I was really planning on camping in the wild, but the ground was too uneven. The few flat spots were covered with water/ice or were just too rough. For the third time, I didn’t have a choice and had to ask someone if I could sleep in their yard. That was no problem at all. They invited me in their house, got a nice warm cup of tea and met Gary and Emmily. Gary told me that, as a former NATO soldier, he had trained in the toughest conditions you can imagine. Yet, he seemed a bit concerned about me wanting to sleep in a tent and offered me to sleep inside. He expected that it would freeze like -10 and told me that there are a bunch of coyote’s in this area, which are like mini foxes. I thanked him for the offer, but put my food in his car, just to be sure. He gave me pillow and extra isolations material for the night, it is more like glamping than camping this way. Despite the temperature, I was lying pretty comfortable, with my sleeping bag that smelled like kerosene as the only minor disadvantage….

Gary and Emmily

It snowed a little bit tonight, but it started melting already in the morning. I took down my tent and went off towards Amherst. I took a quick breakfast at Tim Horton’s. The environment was really beautiful and reminded me of the Scottish highlands. I realized that I haven’t had a single day with bad weather yet, and the forecasts are looking great as well. So far, the weather gods have been really good for me. Despite the relatively flat route, my left knee started to hurt after 7 days of cycling. I thought it would be a good idea to take a day off shortly. In the Netherlands, I had already contacted Charles and I could stay the night at his place. At 3 o clock in the afternoon, I arrived at his house and I met Charles and Carol. An extremely friendly and hospital couple, just like everybody else that I met so far. They offered me to take a day off at their house and that was just too tempting to resist.

Hippy house on my way to Amherst
I made it to Amherst!
Carol and Chef Charles

Monday, I will continue my bicycle journey towards Moncton, Saint John and eventually towards the border with the US. I am really curious about how the border crossing will be.